• Menu
  • Menu

Betoverend mooi: Op de motor door de Balkan – deel 3

De Balkan is een van de waanzinnigste plekken voor een motorreis in Europa. Slingerende wegen door de bergen, prachtige valleien, schitterende meertjes en een kustlijn om U tegen te zeggen. Het is een onontdekte parel, waar de lokale bevolking je met open armen ontvangt. Dat ontdek ik op mijn Ducati 959 Panigale, waarmee ik de hele Balkan doorkruis, op weg naar mijn einddoel Athene.

Kotor Serpentine

Na een ietwat onrustige nacht wat het weer betreft, zijn we vroeg uit de veren. Zodra we onze spullen gepakt hebben, stappen we op om onze reis te vervolgen. We rijden verder langs de Baai van Kotor en slaan even verderop af, om deze prachtige omgeving van een hoger gelegen punt te kunnen bewonderen.
De Kotor Serpentine route is een weg met tientallen haarspeldbochten die leidt naar een indrukwekkend uitzichtpunt over de baai en de Adriatische Zee. We genieten intens van de route en het adembenemende uitzicht en stappen vol enthousiasme op om de weg te vervolgen.

Het avontuurlijke binnenland van Montenegro

We rijden richting de hoofdstad Podgorica en verruilen daarmee de kuststreek voor het avontuurlijke binnenland. De wegen zijn geweldig strak, het berglandschap ruig en de natuur ongerept. We liggen flink voor op schema wat de route betreft en maken een stop voor een lunch. Precies op tijd, want ook nu weer hangen er dreigende wolken boven ons.

Als we na onze lunch weer opstappen, lijkt het weer wat opgeklaard te zijn en kunnen we onze route vervolgen. Zodra we de hoofdstad gepasseerd zijn verruilen we de strakke wegen voor een smalle kronkelroute. Het is een prachtige route, waar de enige andere weggebruikers die we hier tegenkomen schapen blijken te zijn. Het uitzicht is waanzinnig en de kronkeling van bochten duizelingwekkend. Iets dat me na een kilometer of dertig toch enige zorgen begint te baren. Nu mijn navigatie aangeeft dat we over zo’n vijftig kilometer moeten afslaan, besef ik me dat we deze kilometers over een ongelooflijk smalle route, met matig wegdek en een opeenvolging aan krappe onoverzichtelijke bochten moeten voortzetten. Iets dat op de Panigale extreem vermoeiend is.

En ook na deze vijftig kilometer lijkt er geen einde aan te komen. Sterker nog, het asfalt verdwijnt grotendeels en een offroad-route ontstaat. Door de regen die vandaag is gevallen, vliegt de bagger ons om de oren en is het glibberen geblazen. Ik vind het stiekem enorm gaaf, maar na zoveel vermoeiende kilometers zorgt het er ook voor dat er zo nu en dan wat gevloek uitkomt. Ik ben maar wat blij zodra we ons hotel in de middle of nowhere van Montenegro bereiken.

De laatste meters van de gebaande paden

Om half acht gaat de wekker en niet veel later stappen we op. Hopelijk rijden we voorlopig onze laatste honderden meters over onverharde paden. Want hoewel het stiekem enorm gaaf is om deze weggetjes te trotseren, zelfs op een Panigale, zorgt het ook zeker voor het nodige oponthoud. Rijdend door het berglandschap zien we de wolken onder ons over het dal hangen. We rijden langs vele kuddes koeien die zich op en langs de weg ophouden en komen na enkele tientallen kilometers in de meer bewoonde wereld terecht. Onderweg spotten we een benzinepomp mét wasboxen en dat is precies wat we nodig hebben na ons off road avontuur van gisteren.

We verwijderen het ergste vuil en vervolgen onze weg in de richting van Kosovo en komen daarbij in een soort niemandsland terecht. Er zijn geen huizen meer te bekennen en ook verkeer is er nauwelijks. Het landschap daarentegen is er adembenemend. Midden in de bergen, stuiten we op de Montenegrijnse grens. Aan de andere kant van de vallei ligt de Kosovaarse grens. Meteen valt op dat er bij deze Montenegrijnse grens een relaxte sfeer hangt. Dat een van de douaniers mij voor gek verklaard dat ik op de Panigale deze omgeving trotseer, breekt direct het ijs. De douaniers hebben alle tijd en zijn in voor een grapje.

Hoewel het passeren van de Montenegrijnse grens verrassend gezellig was, brengt het naderen van de Kosovaarse grens enige spanning met zich mee. Kosovo is een gedeeltelijk erkend land en er heerst nog altijd enige spanning tussen Servië en Kosovo. Daarnaast heb ik geen idee wat ons te wachten staat wat betreft het verkeer, de mentaliteit van de bevolking en het landschap.  Ik bereid me in ieder geval maar vast voor op de moeilijkste grensovergang die we tijdens onze reis zullen passeren. Al blijkt niets minder waar.

Passie voor Ducati

Eenmaal aangekomen bij de Kosovaarse grens, raken de douaniers niet uitgepraat over onze Ducati’s. Hun bewondering voor het merk spat ervan af en aan behulpzaamheid is op deze plek geen gebrek. Bij de grenspost worden we vriendelijk doorverwezen naar het verzekeringskantoor, een klein huisje, zo’n honderd meter terug. Doordat Kosovo slechts gedeeltelijk erkend is, is er geen dekking voor de motorverzekering in dit land, en zullen we bij de grens een WA-verzekering moeten afsluiten.

We parkeren de motoren, en lopen naar het verzekeringshuisje. Een kentekenbewijs en paspoort is voldoende voor het afsluiten van de verzekering. Nadat alle gegevens zijn ingevuld en wij het verzekeringspapiertje in ontvangst nemen, wordt ons een heel fijne reis toegewenst en staan we enigszins verbaasd te kijken. We moeten immers nog betalen, waarop de vriendelijke man reageert: “Kosovo pays for you, because Ducati!” Onze dag kan nu al niet meer stuk.

De eerste kilometers door Kosovo zijn geweldig, waarbij we op een waanzinnig uitzicht worden getrakteerd. Een prima weg leidt ons naar Pejë. Van daaruit vervolgen we de route door de Rugova vallei en komen we even later aan in Prizren. Een historische stad met indrukwekkende bouwwerken en een fijne Oosterse sfeer.

Weg met vooroordelen

Vanuit Prizren is het een relatief klein stukje tot de grens met Albanië. Hoewel de afstand kort is, ervaar ik direct een wereld van verschil. Als we de grens passeren, komen we aan in de eerste grote stad in Albanië, Kukes. Een plek waar je direct tientallen jaren terug in de tijd lijkt te gaan en waar pinnen onmogelijk lijkt. Iets dat behoorlijk lastig is, aangezien we voor de route die nog gaat komen toch echt moeten tanken. We gaan verschillende benzinepompen in de stad af, maar helaas blijkt bij velen alleen contant betalen mogelijk en nergens is een bankautomaat te vinden. Zodra ik in mijn headset te horen krijg dat de motorsleutel van de Keyless Multistrada kwijt is samen met een portemonnee, slaat de paniek lichtelijk toe.

De zoektocht naar een benzinepomp wordt uitgesteld en we gaan los van elkaar opzoek naar deze waardevolle bezittingen. Zodra ik aan kom rijden bij een van de benzinepompen waar we eerder gestopt waren, komt de man van de benzinepomp al aangerend. De sleutel, portemonnee en een hand vol met al het muntgeld dat uit de portemonnee gevallen is, wordt mij aangeboden. Iets dat je tegenwoordig maar zelden ziet en wat bij ons zorgt voor een compleet andere ervaring dan de vooroordelen waar men vaak voor waarschuwt. We kunnen onze weg vervolgen en niet veel later bereiken we dan toch een benzinepomp waar gepind kan worden

Het is al vroeg in de avond en we moeten nog een behoorlijke route afleggen van Kukes naar onze slaapplek in Peshkopi. De kilometers zijn stuk voor stuk waanzinnig. Een adembenemend berglandschap, indrukwekkende vergezichten, vele zwaaiende kinderen langs de weg, loslopend vee, opgetuigde paarden die op hun ruiter staan te wachten, plotseling overstekende ezels, indrukwekkende vergezichten en bijzondere dorpen waarin de tijd stil lijkt te hebben gestaan. Het asfalt laat hier en daar wat te wensen over, maar maakt daarmee ook de hele ervaring van dit fantastische land compleet. Na de stad Peshkopi doorkruist te hebben komen we aan bij een kleinschalige camping met een ongelooflijk lieve gastvrouw die ons een heerlijke maaltijd voorschotelt. Onder de indruk van Albanië ben ik benieuwd wat ons de volgende dag te wachten staat.

Reageren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *